Hoe bepaal je het krultype van jouw klant?
10 juni 2020
10 juni 2020
Is jouw klant curly girl? Weet ze zich geen raad meer met haar krullen? Het is handig om te weten welk krultype jouw klant heeft. In deze blog laten we vier testjes testjes zien waarmee je het type krul en de haareigenschappen van jouw klant kan bepalen!
1. Krultype
In de onderstaande afbeelding zie je verschillende haartypes. Bepaal welk krultype het meest in de buurt komt van het haar.
Afbeelding: Hair Typing System
2. Porositeit
Nu je het krultype weet, kan de porositeit gemeten worden. De porositeit kan gemeten worden door een paar (schone) haren van het hoofd te trekken. Kleine tip: niet te hard trekken, maar kijk of er een haar uitvalt. Zijn de haren nog niet schoon? Zorg dat je deze dan eerst wast met bijvoorbeeld afwasmiddel. De haren kunnen in een glaasje water op kamertemperatuur worden gelegd. Als het haar snel naar beneden zinkt, dan is het laag poreus. Zinkt het haar, dan is het hoog poreus. Als het haar een tijdje blijft drijven en vervolgens zinkt, dan is het gemiddeld poreus. Hoe lager de porositeit, hoe beter. Wil je meer informatie over porositeit? Bekijk dan onze vorige blog.
Er is nog een andere test om de porositeit te meten. Dit doe je door één losse haar tussen de vingers te nemen en de vinger van beneden naar boven langs het haar te laten glijden. Voel je bobbeltjes in deze haar, dan is het haar hoog poreus. Voel je niks, dan is het laag poreus.
3. Elasticiteit
Dan gaan we door naar de volgende stap, het meten van de elasticiteit. Deze wordt berekend door een rektest. Hiervoor heb je een liniaal nodig. Pak nu de liniaal en leg de haar hierop. Pak deze haar tussen je duim en wijsvinger met een afstand van 4 centimeter en trek het haar uit. Als het haar gezond is, rekt het mee tot 5 centimeter (25%) en veert het vervolgens terug naar oorspronkelijke lengte. Heeft het haar vochttekort, dan kan het bijna niet uitgerekt worden (minder dan 25%) en haar met een tekort aan proteïne laat zich juist makkelijk uitrekken (meer dan 25%), maar veert vervolgens niet, of moeizaam, terug.
Op basis van het testen van de elasticiteit, zou je al een aantal product-/ingrediënten tips kunnen meegeven:
Is de elasticiteit in balans?
Dan is het haar gezond. Bij gezond haar is het verstandig om producten aan te bevelen van zowel mét proteïne, als zonder. Een mix hiervan is het beste.
Heeft het haar een lage elasticiteit?
Dan heeft het vochttekort. Hierbij is het aan te raden om geen haarproducten met proteïne te gebruiken, maar gebruik juist hydraterende producten.
Heeft het haar een hoge elasticiteit?
Dan heeft het een tekort aan proteïne. Daarom is het hierbij aan te raden producten met proteïne te gebruiken.
4. Dikte/structuur
Een haar bestaat uit twee tot 3 lagen (haarmerg, schors en haarschubben). De dikte van het haar, vertelt of het haar fijn, medium of grof is.
Fijn haar
Fijn haar heeft twee laagjes. Het haarmerg ontbreekt hier en het schorsdeel bevat minder keratine dan bij medium en grof haar. Keratine zorgt voor de stevigheid van het haar, waardoor fijn haar slapper is. Hierdoor is het haar een stuk dunner en je voelt de haar dan ook bijna niet als je hem tussen je vingers rolt.
Normaal haar
Normaal haar bestaat bijna altijd uit drie lagen. De schors in het haar bevat altijd meer keratine dan fijn haar, zelf wanneer het merg ontbreekt. Wanneer je de haar tussen je vingers houdt en je voelt hem, maar niet extreem goed, dan is de haardikte normaal.
Grof/dik haar
Grof haar heeft altijd drie lagen. Grof haar heeft zulke ruwe haarschubben, dat ze elkaar omhoog duwen en elkaar overlappen. Neem je een groffe haar tussen de vingers, dan voel je deze overduidelijk.
Nu je meer weet over het krultype en de haareigenschappen, kun je passende producten aanraden!
Succes!